Deze Verhalenavond gaat niet over theologische discussies of kerkscheuringen, of over kerkhistorische figuren die van invloed zijn geweest op ontwikkelingen in de kerk. Vanavond gaat het vooral over het kerkpersoneel zoals de koster, de voorzanger, de stovenzetster, de organist en de pûstertreders, de bankwachters en de collectanten. Ook de dominees komen voorbij, alleen of met hun gezin in de pastorie.
Al deze mensen hadden zo hun eigen hebbelijkheden waardoor het in de kerk nooit saai was. In de communicatie tussen deze werkers konden gemakkelijk, al of niet opzettelijk, misverstanden ontstaan die leidden tot vermakelijke situaties. Speciale aandacht is er voor het gebruik van de Friese taal in de kerk, iets wat lang omstreden was. Ook de onrust die zich soms in de kerken voordeed komt aan de orde.
Alle verhalen die voorbijkomen zijn licht van toon en min of meer humoristisch. De dominee-dichter De Genestet miste in zijn tijd juist die humor in de kerk:
‘Ik kan het met úw vroomheid
Niet vinden op den duur:
Zij kijkt me veel te deftig,
Zij kijkt me veel te zuur!’
Marie-Anne de Harder uit Workum is historicus met een speciale belangstelling voor de Friese kerkgeschiedenis. Ze heeft onder meer de kerkgeschiedenis van haar eerdere woonplaats Dearsum beschreven en de Rode dominees in Friesland hadden haar belangstelling. Haar laatste boek gaat over de Armoede en Armenzorg in Workum in de negentiende eeuw.